©Mathieu Nicaise

DOSSIER

Ruimte overbruggen met verwondering – dankjewel, voetgangersbruggen!

Mathieu Nicaise, expert in mobiliteit

Voetgangers en fietsers stuiten vaak op obstakels in de vorm van grootschalige infrastructuren, zoals snelwegen, spoorlijnen en waterwegen. De keuze is dan meestal tussen een lange omweg maken, een onveilige oversteek wagen of de route helemaal niet afleggen. De flexibiliteit van zachte mobiliteit – fietsen, wandelen en micromobiliteit – kent zijn grenzen, zodra de ruimtelijke indeling hier geen rekening mee houdt.

"Bruggen structureren stedelijke en landelijke netwerken, brengen mensen samen en herdefiniëren de manier waarop we ons door een landschap bewegen"

Hier komen voetgangersbruggen in beeld. Niet alleen zijn ze essentiële schakels in netwerken voor actieve mobiliteit, ze zijn ook ingenieuze constructies, landschapsbepalende elementen en soms zelfs plekken van ontmoeting en beleving. We verkennen in dit artikel hun rol en impact aan de hand van zes recente realisaties.


Van ontbrekende schakel tot mobiliteitsruggengraat
Soms is een ontbrekende schakel overduidelijk. Lange omwegen en barrières in het landschap creëren een fysieke hindernis die de logica van een vlotte, actieve verplaatsing doorbreekt. Denk aan de nieuwe fietsbrug in Gent over de Watersportbaan, die een 2,3 kilometer lange omweg wegneemt. Of de passerelle bij Tour & Taxis in Brussel, die een directe verbinding naar het Noordstation creëert. In Leuven was de missing link bij het station zó voelbaar, dat de brug die daar in 2019 werd geopend, vrijwel onmiddellijk een van de drukste fiets- en wandelroutes van de stad werd.
Maar een brug is meer dan alleen een oplossing voor een enkel probleem. Een brug op zich is geen netwerk. Een kwalitatief, logisch en veilig voetgangers- en fietsnetwerk vraagt om een samenhangende strategie.

Een schoolvoorbeeld hiervan is het snelle uitrolplan van de fietssnelwegen in Vlaanderen. De impact is zichtbaar in de Brusselse rand, waar drie nieuwe passerellen recent werden gerealiseerd om autowegen te overbruggen. Hierdoor hoeven fietsers niet langer minutenlang te wachten bij verkeerslichten of gevaarlijke oversteken te maken. Een van de grootste ingrepen is de brug bij de Vierarmen in Tervuren, die eindelijk een snelle en veilige doorsteek biedt op een van de drukste kruispunten van de regio.
Voor voetgangers is de situatie complexer. Buiten stadscentra blijft wandelen vaak ondergewaardeerd in ruimtelijke plannen. Terwijl fietsinfrastructuur een sterke groei doormaakt, blijft de uitbouw van een voetgangersvriendelijk netwerk vaak beperkt tot losse ingrepen.

©Mathieu Nicaise

Intens verkeer op de Leuvense spiraal, die omhoog gaat om het station te doorkruisen.

©Mathieu Nicaise

Kleine loopbrug, maar grote veilige kortere route naar het station in Statte.

Wie gebruikt deze bruggen?
Wie zijn de gebruikers van deze structuren? Pendelaars, joggers, wandelaars of liefhebbers van micromobiliteit? Het antwoord verschilt per locatie. In heel wat gevallen is het de infrastructuur zelf die bepaalt welk type gebruik dominant wordt. Wat aanvankelijk als een zondagsuitstapje wordt ervaren, kan snel uitgroeien tot een gewoonte, mits de infrastructuur kwalitatief en betrouwbaar is.

Er zijn ook sterke regionale verschillen in het gebruik van bruggen en passerellen. In Vlaanderen zijn fietsbruggen vaak gericht op woon-werkverkeer, terwijl de RAVeL-netwerken in Wallonië eerder een recreatief karakter hebben. In Brussel begint de fiets eindelijk een volwaardig vervoersmiddel te worden, waardoor investeringen in fietsbruggen ook hier een stedelijke prioriteit worden.

"Lange omwegen en barrières in het landschap creëren een fysieke hindernis die de logica van een vlotte, actieve verplaatsing doorbreekt"

Multimodaal: de Brusselse Suzan Daniel verwelkomt ook bussen.

©Mathieu Nicaise

Iconische blikvanger of functionele bescheidenheid?
Sommige bruggen worden bewust ingezet als symbolische infrastructuur. Een opvallend ontwerp onderstreept een sterk engagement voor fietsbeleid. Gent is hiervan een goed voorbeeld, waar jaarlijks bijna een nieuwe fietspasserelle wordt geopend. De Annie Vande Wielebrug is de nieuwste in de rij en kadert binnen een ambitieus fietsactieplan. Ook in Namen wordt de stad systematisch heringericht, met de Enjambée-brug als een van de blikvangers.

Tegenover deze architecturale statements staan kleinere, sobere bruggen, die puur functioneel zijn. Onderschat hun impact evenwel niet: een kleine voetgangersbrug kan een hele wijk opnieuw verbinden en verankeren in het stedelijke netwerk.
Interessant is ook het concept van brughergebruik, waarbij oude bruggen een tweede leven krijgen. In Nederland wordt systematisch geïnventariseerd welke bruggen kunnen worden gerecycleerd als fiets- of voetgangerspasserellen.


De realiteit van bruggenbouw: uitdagingen en kansen
In theorie lijkt een brug een evidente oplossing, maar de praktijk is een stuk complexer. Het kan jaren tot decennia duren voordat een brug effectief wordt gerealiseerd. Financiële budgetten, planningsprocessen en bevoegdheidsconflicten tussen verschillende administraties vertragen vaak de uitvoering. Een voorbeeld hiervan is de Suzan Daniel-brug in Brussel, waarvoor 25 jaar (!) nodig was om alle obstakels weg te werken en de brug uiteindelijk te bouwen.

Daarnaast zijn er technische beperkingen. Een brug moet voldoen aan tal van eisen:

  • De doorvaarthoogte moet voldoende zijn voor scheepvaart
  • De hellingsgraad moet comfortabel blijven voor voetgangers en fietsers
  • De brug moet naadloos aansluiten op bestaande infrastructuur
  • Het ontwerp moet veilig en bestendig zijn tegen weersinvloeden


Samenvloeiing van water en mobiliteit rond de smalle Naamse Enjambée.

©Mathieu Nicaise

Toch bieden deze uitdagingen ook kansen. Lichtere constructies – zoals houten of biocomposietbruggen – maken nieuwe ontwerpmogelijkheden mogelijk. Bruggen kunnen ook multifunctioneel worden ingezet, bijvoorbeeld door hun rol als biodiversiteitsdrager of als een landschappelijk baken.


Hoe ziet de toekomst eruit?
Alles wijst erop dat de opmars van bruggen voor zachte mobiliteit zich zal doorzetten. In Brussel staan nieuwe projecten in de steigers, en zelfs Wallonië – waar de fiets nog steeds een minder centrale rol speelt – zet stappen richting een netwerk van cyclostrades en voetgangerspasserellen. De populariteit van bruggen en fietsinfrastructuur levert ook een nieuw probleem op: drukte en conflicten tussen gebruikers. De bruggen zijn gebouwd voor voetgangers en fietsers, maar met de groei van micromobiliteit en snellere e-bikes worden sommige passerellen al te krap voor het stijgende aantal gebruikers. Dit is een uitdaging voor de toekomst: hoe kunnen we mobiliteitsstromen op bruggen beter organiseren zonder te vervallen in een overdaad aan verkeersborden en barrière-elementen? Hier ligt een interessante rol weggelegd voor gedragspsychologie en subtiele ontwerpinterventies.


Bruggen als katalysatoren van verandering
Bruggen zijn veel meer dan infrastructurele oplossingen om fysieke barrières te overwinnen. Ze structureren stedelijke en landelijke netwerken, brengen mensen samen en herdefiniëren de manier waarop we ons door een landschap bewegen. Ze kunnen een stad of regio letterlijk en figuurlijk met elkaar verbinden. Of het nu gaat om woon-werkverkeer, recreatie, toerisme of sociale interactie – een goed ontworpen brug stimuleert actieve mobiliteit en een duurzamere levensstijl.
Met de juiste visie kunnen bruggen een stad transformeren. Niet alleen als een oversteek, maar als een plek van ontmoeting, verwondering en verbinding.


Meer info:

www.nationalebruggenbank.nl/



Toolbox Voetgangersplan

Op 8 oktober lanceerde Voetgangersbeweging de Toolbox Voetgangersplan. Deze online handleiding is een waardevol hulpmiddel voor lokale besturen om het voetgangersbeleid in hun gemeente te verbeteren. De toolbox biedt handige tips, goede voorbeelden en beleidsinput om op een gestructureerde en effectieve manier met het thema voetgangers aan de slag te gaan.
Met de toenemende aandacht voor duurzame mobiliteit en leefbare steden is het noodzakelijk om te voet gaan mogelijk en aantrekkelijk te maken voor iedereen. De walkable city biedt tal van persoonlijke en maatschappelijke voordelen en helpt (inter)nationale doelstellingen te halen.

De Toolbox biedt een antwoord op de vragen: Waarom een voetgangersplan? Hoe begin je eraan? Wat staat erin? Je krijgt daarnaast ook een overzicht van praktijkvoorbeelden uit binnen- en buitenland. Met ideeën voor mogelijke acties en linken naar relevante tools en projecten wordt je zoveel mogelijk op weg gezet. De komende maanden en jaren groeit de Toolbox verder en wordt hij aangevuld met o.a. downloads, extra voorbeelden en een opleidingsaanbod.